(bron: Schaatsen.nl)
Remon Kwant toonde zich tijdens het inmiddels afgelopen NK inline-skaten baan oppermachtig op de sprintafstanden. De negentienjarige rijder won goud op de 300 meter, 500 meter en 1000 meter en dat stemde hem vanzelfsprekend tevreden.
“Dit is helemaal perfect. Het was mijn doel om de titels die ik vorig jaar gehaald had, ook nu weer te pakken en dat is gelukt”, zegt Kwant in gesprek met schaatsen.nl.
Voorafgaand aan het toernooi wist Kwant dat hij de grote favoriet was op de korte afstanden, maar de zekerheid dat hij alles zou winnen, gaf hem dat niet direct. “Voor de 300 meter was ik niet heel bang, want die liep het hele seizoen al erg goed, maar je moet het nog maar wel even doen. En voor dit weekend had ik nog geen 1000 meter gereden, dus dat was wel even wennen. Vooral na de voorronde was ik echt helemaal kapot, maar toch merkte ik toen al dat het erin zit.”
Op de 500 meter, die op de slotdag verreden werd, zat het Kwant in eerste instantie niet echt mee. De organisatie had de indeling van de series op een verkeerde manier samengesteld, maar kwam daar pas tijdens de wedstrijd achter, waardoor een deel van de rijders opnieuw de baan op moest.
Beroerd
Zo ook Kwant, die daar behoorlijk van baalde. “Ik vond het echt beroerd. Rick en Kai (Schipper, red.) waren samen met mij en Twan (Berlijn, red.) al door. Wij waren natuurlijk ook gewoon de beteren in deze categorie. Maar vervolgens lieten ze mij met de beide Schippers in dezelfde voorronde rijden. Dus eerst waren we alle drie door en nu wisten we dat er een van ons uit moest. En dan reden we ook nog tegen Harink, die nog niet gereden had. Dat was dus ook inschatten hoe hij zou rijden.”
Kwant wist zich echter ‘gewoon’ te plaatsen voor de halve finales en later voor de eindstrijd. Daarin had hij weinig last meer van zijn extra omloop. “Van onze race had natuurlijk ook alleen Patrick Roest die niet gereden. Verder had iedereen drie keer in de benen, dus het was voor bijna iedereen wel een beetje hetzelfde. Bovendien hadden we genoeg rust gehad tussendoor, dus het viel wel mee.”
Afvalkoers
Naast zijn titels op de sprintafstanden veroverde Kwant ook zilver op de afvalkoers. Dat gaf hem de bevestiging dat hij meer kan dan alleen sprinten. “Ik voelde zelf ook wel een beetje dat ik vooral een sprinter ben, maar uit testen en trainingen blijkt dat ik de lange afstanden ook goed aan kan. Ik verpest het alleen telkens op tactisch gebied.”
Om daar verandering in te brengen, deed Kwant in de voorbereiding wat extra’s. “Ik heb een paar filmpjes gekeken van soortgelijke rijders als ik, zoals Mark Horsten. Hij is wel een voorbeeld van hoe ik een afvalkoers moet rijden. Ik moet mooi uit de wind zitten en van mijn snelheid profiteren. Dat is heel goed gelukt.”
Dat dat hem geen goud opleverde, deerde Kwant niet echt. “Harink eindigde net voor me, maar ik ben echt super blij met zilver. Het ging gewoon zoals ik het in mijn hoofd had en dan heb ik er dus ook echt alles uit gehaald wat erin zat.”
